Reisverslag Borneo

Rondreis langs Kuching, Ibang Longhouses en Bako National Park

 

Op weg naar Borneo

Vandaag met de eerste Airbus A380 passagiersvlucht vanaf Schiphol vertrokken. Trok veel bekijks bij zowel personeel van Schiphol als vliegtuigspotters. Het observatiedeck was afgeladen, net als de spottersplaatsen langs de startbaan. Het is dan ook een fors dubbeldecks vliegtuig en het duurde dan ook wel even tot de ruim 500 passagiers allemaal zaten. Binnen vrij luxe, zelfs in Economy class. Je hebt nauwelijks het gevoel dat het vliegtuig beweegt, ook niet bij het opstijgen.

 

Na ruim 6 uur aangekomen in Dubai, waar het rond middernacht nog steeds 40 graden was. Op het vliegveld midden in de nacht een drukte van jewelste. Na ruim 3 uur wachten het volgende vliegtuig in (ook een Airbus A380). Deuren werden op tijd gesloten, maar een vrachtdeur bleek niet te sluiten. Na uiteindelijk 2 uur wachten in het vliegtuig was het euvel verholpen en was het weer ruim 6 uur vliegen naar Kuala Lumpur. Daar moet je met een treintje van de terminal naar het hoofdgebouw. Lange rijen voor de paspoortcontrole. Daarna de bagage oppikken en weer inchecken voor de volgende vlucht. Niet veel speling door de 2 uur vertraging die we hadden. Gelukkig was de domestic terminal vrijwel uitgestorven en waren we daardoor vlot door alle controles. Na 2 uur vliegen eindelijk geland op Borneo: Kuching. Verrassend genoeg weer een paspoortcontrole en dus weer in de rij. Prepaid taxi naar het hotel genomen en daar rond 22:00 redelijk uitgeput aangekomen

 

Kuching

Wekker niet gezet met als gevolg dat we pas 1 uur s middags wakker werden. Volgende nacht het tegenovergestelde door de jetlag: we vielen pas om 05:00 s morgens in slaap. Kuching is een grote stad met een gemoedelijk centrum. Wel wat warm en benauwd, waardoor het de hele dag flink zweten is. Kuching heeft een grote Chinese wijk, compleet met markt. Slenteren kun je langs de rivier en vooral na zonsondergang leuk als de lokale bevolking daar ook komt (in de brandende hitte lijken alleen toeristen zo gek te zijn om er overdag te gaan wandelen. Met een gammel bootje de river overgestoken. Wonderbaarlijk genoeg lukte het om er 20 passagiers in te stoppen, zonder dat het smalle bootje water maakte. Aan de andere kant van de rivier o.a. Een oud fort bezocht.

 

In de buurt van Kuching een Oerang Oetang reservaat bezocht. Oerang Oetangs komen alleen voor op Borneo en Sumatra. We waren niet de enige; maar massatoerisme was het daar niet. We hadden mazzel. Op sommige dagen zie je er geen een, maar wij konden er 8 in de bomen spotten. Alpha male (mannetje) was heel groot, groter dan wij en enige afstand nemen was dan ook aan te bevelen. Daarnaast veel vrouwtjes en een paar kleintjes gezien. Ze klauteren door de bomen en lieten soms niet veel heel van een boom. Mooi gezicht die acrobatische toeren die ze uithaalden.

 

Bako National Park

Eerst een stuk per bus en daarna nog een stuk per boot over de rivier om in Bako National Park te komen. Het is mooi aan de kust gelegen en heeft karakteristieke uitgesleten krijtrotsen. De houten gebouwen als accommodatie waren basic en als je mazzel had was er water om (koud) te douchen. Ontbijt, lunch en diner was een buffet en was ongeacht het uur van de dag hetzelfde en niet echt warm.

 

In het National Park kun je mooie wandelingen maken door het tropisch regenwoud met een mooie flora (o.a. vleesetende planten). Doorgaans wel zwaar, enerzijds door de hitte en de hoge luchtvochtigheid en anderzijds de hellingen, omgevallen boomstammentrapjes en ongekend labyrint aan wortels waarover het lastig lopen is. Na liters zweet te hebben verloren en net zoveel gedronken te hebben, worden de inspanningen beloond met een duik in de oceaan en relaxen aan een tropisch strandje waar maar een paar andere bezoekers waren. Toen er in de verte wel hele donkere wolken hingen, maar weer teruggelopen naar ons kamp. Onderweg werd ons pad een tijdje versperd door een groep Makaken (apen), die wel heel opdringerig waren en bekend staan om het stelen van spullen (niet alleen eten). O.a. in de kampkantine konden we getuige zijn van zo’n hit and run actie.

 

In het National Park zijn ook nog allerlei andere dieren te zijn. Meest bijzonder zijn de Neusapen, die alleen op Borneo voorkomen. Ze hebben een karakteristieke lange neus en lijken qua gezicht wel een beetje op mensen. Daarnaast maken ze een gorgelend geluid. Ook nog een soort vliegende eekhoorn van heel dichtbij gezien. Bij een avondwandeling gewapend met zaklamp en gids vooral wat kleinere dieren gezien, zoals een Viper (felgroene slang) van zeker een meter lang, boomslangetjes, een aantal enge tarantula’s en andere spinnen en langbenige beetjes.

 

Laatste ochtend daar wakker geworden door een tropische stortbui met onweer dat ons houten gebouwtje deed schudden. Gelukkig was het weer droog toen we met de boot terug moesten richting Kuching. Wel lekker verfrissend.

 

Iban Longhouses

Lange busrit om bij de Iban Longhouses te komen. Onderweg nog even rondgekeken bij een peperplantage. Het bleek dat de peperplant een klimop is die een steviger boompje nodig heeft om tegen op te klimmen. Wat verderop een grote lokale markt met veel geuren en kleuren en veel (onbekende) etenswaren. Voor de liefhebbers waren er ook pythons op de vismarkt en een levende eekhoorn in een kooitje te koop.

 

Bij de rivier aangekomen overgestapt op een smal houten bootje, waar we nog een uur stroomopwaarts mee over de rivier door de jungle moesten varen. Door dan weer laag water, dan weer de stroming moesten we af en toe uit de boot om de boot te duwen. Mooi tochtje. Bestemming was een dorp van de Iban stam. Daar verbleven we in een longhouse, een heel lang (bijna 100 meter) houten gebouw op palen, waarin 40 families wonen. Het bestaat uit een lange gemeenschappelijke corridor (binnen waranda) die bijna de helft van de breedte van het gebouw in beslag neemt en heeft aan de zijkant allemaal familiekamers. We werden traditioneel ontvangen met een glaasje sterke rijstwijn door de chief van het longhouse. Als je op bezoek komt wordt je geacht cadeautjes mee te nemen. Genoeg voor 40 families wel te verstaan en moet ook nog voor iedereen hetzelfde zijn om scheve ogen te voorkomen. De cadeautjes worden dan in 40 porties op de vloer verdeeld en daarna in no time weggegrist door de families. Een nogal apart schouwspel.

 

Geslapen werd op de binnen waranda (die hal van bijna 100 lang) op een dun matrasje onder een klamboe. Niet bepaald de rustigste plek: hanen die over de golfplaten rennen, loslopende honden die blaffen, kippen die door de hal rennen, snurkende mensen (wij niet) en dan nog iedereen die in en uit loopt. Sowieso niet een erg lange nachtrust, aangezien de hanen om 5 uur ‘s morgens een natuurlijke wekker waren. Diezelfde hanen waren later ook deels te zien in een hanengevecht, de lokale sport hier.

 

Door de lokale bevolking werden we ook nog even getraind in het gebruik van de blaaspijp. Een blaaspijp is een wapen, bestaande uit een hol boomstammetje van 2 meter lang, een mes erop zodat het ook dienst kan doen als speer en uiteraard met kleine (giftige) pijltjes die je naar je vijanden of avondeten blaast. Per gammel bootje verder over de jungle ingevaren en daar nog uitgebreid geklauterd en gewandeld. Erg mooie omgeving. Na afloop werd er op een houtvuurtje nog voor ons gekookt en konden we afkoelen in de rivier en ons op een reddingsvest een paar kilometer laten meevoeren op de stroming van de rivier. Heel relaxt zo dobberen door de jungle. Door de lage waterstand wel even oppassen voor stenen, boomstammen e.d.

 

In het donker nog wezen nachtvissen. Iets anders dan je het in Nederland doet. Hier ga je in korte broek, gewapend met zaklampen, duikbrillen en zelfgemaakte harpoentjes de rivier in op zoek naar vis. Vooral veel grote spinnen en kleine krabbetjes gezien (popular bij het ontbijt), maar ook wel was visjes en kikkers. Enige onrust ontstond bij onze begeleiders toen een lange cobra slang op ons pad werd gespot. In no time hadden ze die gedood, aangezien die ook gevaarlijk is voor het dorp.

 

Al het leven in het longhouse vindt op de vloer plaats. Zo wordt er ook op de vloer zittend gegeten, ook al hebben sommige families een bankstel. Eerst eten de gasten, als die klaar zijn en er eten over is (wat meestal wel het geval is), dan pas eet het gezin en hun familie. Bij ons eten kwam alleen een kat langs. Bij het gastgezin liep er doodleuk een rat door de kamer.

 

Door familieomstandigheden moeten we helaas eerder dan gepland terug naar Nederland.