Route Iran

Reisverslag Iran

Teheran

De ervaringen met Iran begonnen al in het vliegtuig. Tijdens de vlucht draagt bijna niemand een hoofddoekje, maar zodra we 5,5 uur later in Teheran landen hebben alle vrouwelijke passagiers ineens een hoofddoek om. Iran staat bekend om zijn strenge grenscontrole, maar daar was op het vliegveld niets van te merken. De paspoortcontrole was heel snel (je hoefde zelfs geen formuliertje in te vullen) en bij de x-ray hielp de controlerende beambte passagiers met de koffers op de band te zetten i.p.v. naar de monitor te kijken. Buitengekomen zonder een tas te hoeven openen, valt gelijk de relaxte sfeer op. Nog even geld gewisseld bij een chaotisch wisselkantoortje. De man was met vier klanten tegelijk bezig en had overal stapeltjes geld liggen, maar uiteindelijk klopte het toch.

Wakker wordt je ‘s morgens in het hotel automatisch door het drukke autoverkeer. Opvallend genoeg tijdens ons verblijf in Teheran geen moskee gehoord, wat erg ongebruikelijk is voor het midden oosten. Teheran is een drukke metropool van 15 miljoen inwoners met heel veel verkeer , maar met erg schone straten. Grootste uitdaging in de stad is oversteken als voetganger, aangezien niemand voor je stopt. Ook niet als er een zebrapad ligt of er speciale voetgangersstoplichten staan. Het beste werkt om maar gewoon over te steken en je langzaam te bewegen naar de overkant van de vierbaansweg. De auto’s en motoren rijden dan gewoon voor en achter je langs en stoppen af en toe zelfs als het niet anders kan. Gaat heel gemoedelijk allemaal en er is ook niemand die toetert als je dat doet. Met auto’s werkt het trouwens precies hetzelfde: Je propt je auto er gewoon tussen als je een gaatje ziet. Voorrang verlenen kennen ze hier niet.

In Teheran o.a. naar het Nationaal Museum geweest. Daar was toevallig ook een steen tentoongesteld met het oudste gevonden schrift daarop. Was uitgeleend door het British museum. Je zou het hier niet verwachten, maar ook een katholieke en andere kerk bezocht. Aangezien zij zich op hetzelfde boek als de Islam baseren, worden zij officieel getolereerd. Opvallend was wel dat dergelijke gebouwen vanaf de straat niet direct zichtbaar zijn. Ook verscheidene paleizen van de laatste Sjah bezocht. Zo ook het Golestan Paleis met een prachtige zaal die in Versailles niet zou misstaan. Erg mooi. Staat ook bekend als de mooiste van het Midden Oosten. Even verderop zijn de topstukken van het paleis te vinden. Die kun je bezichtigen in een grote kluis onder een bank. Overweldigend is denk ik de beste beschrijving van wat je ziet: het goud, diamanten en edelstenen glinsteren je tegemoet o.a. in de vorm van een troon, een wereldbol en sabels. Hoewel het bij elkaar een behoorlijke schat is, is het meeste nog voor de afzetting van de Shah naar het buitenland gesmokkeld. Dit in schril contrast tot de bevolking die niet deelde in de rijkdom van het land. 95% Van de grote bedrijven was in handen familie en vrienden van de Shah. Bovendien verdwenen de meeste olie-inkomsten naar het buitenland. Ook de zomer en winterpaleizen bezocht, waar je een goed beeld krijgt van de rijkdom/ weelde waarin de familie van de laatste Sjah leefde. Ook kun je daar de slagtanden zien die prins Bernard aan de Sjah cadeau heeft gedaan.

De bazaar van Teheran is de grootste in het land. Erg druk en niet zo heel erg bijzonder. Daarvan terug naar het hotel gelopen, maar dat bleek nog niet zo makkelijk ze zijn (los van het oversteken van wegen en de verhoudingen op de plattegrond die niet bleken te kloppen). Veelvuldig de weg gevraagd, maar opvallend weinig mensen spraken Engels. Iedereen was wel heel erg vriendelijk en behulpzaam. Wat je van Iran moet weten is dat iedereen heel erg beleefd is en uit beleefdheid ook niet zegt dat men iets niet weet. Yes of OK betekent dus ook niet automatisch dat men de weg weet. Open vragen werken dan ook het best. Nog lastiger dan de weg vragen is het zoeken naar een restaurant. Restaurants zoals wij die kennen, vind je hier bijna niet. Mensen spreken liever bij elkaar af, omdat ze dan vrij kunnen praten en niet te maken hebben met allerlei gedragscodes waaraan zich moeten houden. Qua kleding van de mensen waan je je hier niet in het midden oosten. De jongere generatie loopt er hip en goed verzorgd bij, al moeten vrouwen altijd wel een hoofddoekje op die de achterkant van het hoofd bedekt (hoeft niet al het haar te bedekken). Het beeld op straat strookt helemaal niet met de beelden die je op televisie over Iran ziet. Ook is de sfeer op straat heel relaxed en aangenaam. Opvallend veel vrouwen in het straatbeeld.

Wat je in het straatbeeld niet ziet is veel politie, terwijl die er echt wel is. Op veel toeristische plaatsen waar we komen hangen mannetjes rond die mee lijken te luisteren als onze gids wat vertelt. Ook moet er in de stad een hoop geheime politie zijn die de boel in de gaten houdt. Zo is er vlak bij ons hotel de voormalige Amerikaanse ambassade, die nu in gebruik is als afluisterpost van de revolutionaire garde. Bij het kruispunt staan al twee dagen twee mannen met brommertjes quasi onverschillig alsof ze op iemand staan te wachten.

Shiraz – Persepolis

Vlucht naar Shiraz in een Fokker 100. Bij aankomst ervaar je gelijk de ontspannen sfeer die hier heerst. Anders dan in Teheran, wat waarschijnlijk ook de reden is waarom Iraniërs hier zo graag willen wonen. Shiraz staat bekend als de stad van de liefde, rozen en wijn. Wijn is hier echter niet te koop, maar alcoholvrij bier wel. Shiraz is een stad waar je dingen ziet die je hier eigenlijk niet verwacht. Zo staat er in het centrum een grote Citadel (ARG) uit de 18e eeuw en is er een autovrij gebiedje met veel groen. Ook zijn er mooie tuinen die je kunt bezoeken, o.a. die rond de Tombe van Hafin (dichter) en de Orangery (Narangestan) uit 1870. Ook wat Islamitische bezienswaardigheden bezocht (kerken en synagoges heb je hier trouwens ook), zoals de Madrassa (Koran school) Khan Khuaja. Daar werden we door de Mullah persoonlijk rondgeleid en konden we ook een kijkje nemen in zijn (kleine) privéverblijf. Heel apart.

Het mausoleum van Shak Cheragh is een indrukwekkend rustiek complex met een grote binnenplaats. Toeristen mogen doorgaans – na eerder wangedrag van een groep toeristen – niet meer de gebouwen in, maar toch een kijkje kunnen nemen in een daarvan. Erg mooi. Ook de Rouzbahan tombe bezocht. Dit leek een conservatievere plek te zijn met vlaggen, portretten van martelaren op de gevel, veel bewakingscamera’s en een politiepost voor de ingang. Daar ontmoette we een Iranese jongeman, die we eerder al in de Medrassa hadden gesproken, die ons wel naar binnen kon lozen aangezien hij “mensen daar kende”. Prachtig interieur van kleine spiegeltjes. In zwart geklede vrouwen stonden ijsjes en drinken uit te delen aan bezoekers en boden ons dat ook aan. Ook hier weer iedereen heel erg vriendelijk en mensen die graag een praatje met je willen maken (ook al spreken ze gebrekkig Engels), wat ook gewoon op straat veelvuldig gebeurd. Mensen willen graag weten waar je vandaan komt en wat je van Iran vindt: ze zijn duidelijk trots op hun land en zijn erg bewust van het negatieve imago dat het in het buitenland heeft. De jongeman die ons naar binnen had geloosd, wilde eigenlijk vooral op een rustig plekje met ons praten over zijn land. Iets wat je vaker ervaart (maar dan uiteraard niet op plekken waar anderen kunnen meeluisteren).

Shiraz heeft ook een grote gezellig souk/ bazaar, compleet met karavanserai. Ook in deze stad weer veel moeite moeten doen om een restaurant te vinden. Weer veel behulpzame mensen (mannen en vrouwen) die je de weg wezen, ook al wisten de meesten eigenlijk niet waar het was. Zelfs mensen die een stukje met je meelopen en dan na 10 minuten lopen zelf de weg moeten vragen. Veel gelopen en na ruim een uur weer terug bij het hotel zonder iets te hebben gegeten.

De meeste mensen komen alleen naar Shiraz voor een bezienswaardigheid buiten de stad: de Persepolis. Dit is een complex dat vroeger het pronkstuk was van het Perzische Rijk onder leiding van Darius, totdat Alexander de Grote het 2300 jaar geleden veroverde en in brand stak. Gelukkig is er toch nog aardig wat bewaard gebleven, waaronder poorten, trappen, beelden en reliëfs. Erg mooi. We waren er ‘s middags en opvallend genoeg was het bijna uitgestorven. Vrijwel alle toeristen schijnen de plek ‘s morgens te bezoeken. Vlakbij de Persepolis vindt je vier 2500 jaar oude imposante koningsgraven (Naqsh-I Rustam)uitgehouwen in de rotsen, vergelijkbaar met die in in Petra, Jordanië vindt. Verder noordelijk ligt Pasargarda. Hier staat o.a. de indrukwekkende tombe van Cyrus de Grote, stichter van het Perzische Rijk. Ook zijn er nog wat overblijfselen te vinden van zijn paleizen.

Kerman – Yadz

Vanaf Shiraz ben je bijna de hele dag onderweg naar Kerman. Veel politie checkpoints onderweg, mede omdat de weg ook bekend staat als de Opium route (vanuit Afghanistan). Ook een reden waarom er in dit gebied relatief veel drugsverslaafden in de steden zijn. Bij de checks wordt vaak ook de tachograaf van bussen en vrachtwagens gecontroleerd, maar wat er niet verteld werd is dat er ook iets met GPS gecheckt kan worden zodat men weet waar welke wagen geweest is. Langs groot – bijna geheel opgedroogd – groot zoutmeer gereden langs de bergen. Mooi uitzicht. Kerman zelf bleek een drukke woestijnstad te zijn, ooit gelegen op een van de belangrijkste zijderoutes. In de stad zijn nauwelijks andere toeristen te vinden. Belangrijkste bezienswaardigheid is de Grand Bazaar. Wel aardig. Daarin ook twee mooie oude Hamans (badhuizen) uit de 18e eeuw. Aangezien Bam als onveilig gebied is verklaard en toeristen daar niet naartoe mogen, een bezoek gebracht aan Mahan. In the middle of nowhere in woestijngebied heb je daar een ommuurd complex. Als je de poort door bent sta je plots in een 18e eeuws groen paradijs (paleistuinen van Bach-e Shahzda), compleet met hoge bomen, bloemenperken en fonteinen. Heel apart. Water wordt aangevoerd via een ingenieus irrigatiesysteem. Daar lekker zitten luieren en geluncht. In de buurt is ook een mooi mausoleum uit dezelfde periode, waar je ook op het dak kan klimmen.

Wat erg opvalt zijn de vele spaarlampen die je in Iran in gebruik ziet en dat je onderweg weinig echt oude auto’s aantreft. Bij navraag bleek dat men in Iran ook slooppremies kent voor vervuilende auto’s. Onderweg naar Yadz nog even gestopt bij een van de vele pistache noten plantages. Iran is een van de grootste producenten van deze noten in de wereld. Ook Yadz is een woestijnstad, is een van de oudste steden in de wereld en staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Yadz staat vooral bekend om de windtorens en de Zaratoestra godsdienst, die in deze plaats nog zo’n een 10000 aanhangers heeft. Hiervan zie je o.a. belangrijke vuurtempels en Dakhne’s (torens van stilte) . Op deze op heuvels gebouwde begrafenistorens legden men de doden zodat ze konden worden opgegeten door de volgens. Yadz is ook de stad van de windtorens, die er voor zorgden dat de verblijven van koele lucht werden voorzien (deels nog n gebruik). Daarnaast is een uitgebreid kanalenstelsel onder de stad. Het water daarvoor komt van grote diepte. Ons verblijf was in een traditioneel hotel in de oude (lemen) binnenstad. In de oude binnenstad verdwaal je vrij makkelijk in het labyrint van steegjes, express zo gemaakt om het de vijand moeilijk te maken. Ook Alexander de Grote is in deze stad geweest. Volgens de lokale gidsen kun je plaats bezoeken waar hij kort gevangen heeft gezeten, maar volgens de meeste historici had hij daar een paleis gebouwd voor zichzelf.

Isfahan

IsfahanIsfahan is de cultuurstad van Iran met zo’n 2 miljoen inwoners. In het midden ligt het 17e eeuwse Imam plein, na het Tentiamenplein in Beijing het grootste in de wereld (510m lang en 160m lang), al komen Iraanse gidsen altijd met dingen die het eerst (uitgevonden) of grootst zijn in Iran (het wiel en vuur worden nog net niet in die opsomming meegenomen). Niettemin wordt het plein als een van de mooiste in de Islamitische wereld beschouwd, wat denk ik wel zo is. Met name einde middag en ‘s avonds is het een relaxte ontmoetingsplaats voor de plaatselijke bevolking. De meeste theehuizen die de stad rijk was zin op last van de overheid gesloten, volgens de Iraanse versie omdat de jeugd daar te veel aan het flikvlooien was en volgens andere versies omdat het broeinesten van oppositie zouden zijn. Aangezien ook in deze stad er maar heel weinig restaurants zijn, was het weer flink zoeken naar een geschikte etensplek. In de meeste gevallen kom je dan uit bij een restaurant van een hotel. Zo ook hier, waarbij we dan maar een maaltijd hadden genuttigd in een 5 sterren hotel heel mooi gevestigd in een oude caravanserai.

De Imam moskee aan het plein behoort tot de mooiste in de wereld, maar eenmaal op de binnenplaats bleek men een afzichtelijke overkappingconstructies te hebben geplaatst voor de biddende gelovigen, die veel van het zicht ontnam. In de arcades rondom het centrale plein zitten bazaars die onderling verbonden zijn met nog meer overdekte bazaars die er omheen liggen. Die vormen een labyrint aan gangen waarin je makkelijk verdwaald en lang bezig bent om een uitgang te vinden. In de binnenstad ook weer veel mensen die graag een praatje willen maken. Een enkeling biedt je ook hulp aan of een kopje thee, wat meestal inhoudt dat je eindigde in een Perzische tapijtzaak van een vriend of familielid. In tegenstelling tot andere landen, gaat dat hier allemaal heel gemoedelijk zonder enige pressie en doe je net of je niet door hebt dat ze je tegelijkertijd een tapijtje proberen te verkopen. In de gesprekken met lokalen willen Iraniers niet benoemd worden als Arabieren (wat ze niet zijn) en wordt vaak benadrukt dat Iran Iran is en niet het primitieve Afghanistan. Het plein is grotendeels autovrij, maar dat lijkt niet te gelden voor de vele bromfietsers. Die tref je gewoon op de stoep aan of waar ze maar kunnen rijden, ook in de drukke bazaars. In de rest van de stad is verkeerschaos hetzelfde als in de andere Iraanse steden.

Isfahan heeft ook een grote Armeense wijk, waar ook nog 14 kerken staan. De mooiste is de Vank Kathedraal. Het muren en plafonds daarvan zijn volledig bedekt met fresco’s. In de wijk heerst een hele andere sfeer als in de rest van de stad. Ook ziet het er welvarender uit. De stad kent ook nog een aantal mooie bruggen van de 17e eeuw, een beetje vergelijkbaar met die in Florence. Ten slotte nog een begraafplaats bezocht van Iraanse martelaren uit de Iran – Irak oorlog (1 miljoen doden). Bij gebrek aan wapentuig werden toen veel mensen zonder hulpmiddelen de Iraakse mijnenvelden ingestuurd om de weg vrij te maken voor het Iraanse leger. De (vooral jonge) mensen die daarbij omkwamen worden in het hele land vereerd als martelaren. De begraafplaats staat vol met Iraanse vlaggetjes en foto’s van de mensen die zijn omgekomen. Indrukwekkend.

Kashan – Qom

QumKashan ligt in een oase. Belangrijkste attractie zijn de Fintuinen net buiten de stad. Bij aankomst viel deze wat tegen, want deze leek nog grotendeels in de maak te zijn. Veel huizen in de stad zijn opgetrokken uit leem en hebben luchtkokers en windtorens. In de stad een van de huizen van rijke kooplieden bezocht. Ook een bezoekje aan de oude overdekte bazaar kon niet ontbreken. Na er een kopje thee genuttigd te hebben, werd ons aangeboden om het dak van de bazar op te gaan. Dat bleek een avontuurlijke onderneming te zijn met veel klimwerk. Erg leuk. Maar goed dat hier niet veel bezoekers komen, want de klimpartijen waren niet bevorderlijk voor de constructie van het grotendeels lemen dak. De hotelkeuze in de stad is erg beperkt en onze hotelkamers zijn dan ook niet al te best. Gelukkig hier maar voor 1 nachtje.

Qom is het religieuze centrum van het land. De stad is een heilige stad voor sjiitische moslims en trekt daarom veel pelgrims. Tijdens ons bezoek is het extra druk, aangezien Iraans hoogste (geestelijk) leider, Ayatollah Khamenei, net een bezoek heeft gebracht aan de stad. Zichtbaar veel politie op de been, met name de speciale religieuze politie, de Basij, de o.a. toezicht houdt op de Islamitische kledingvoorschriften voor vrouwen en – naar het schijnt – ook optreedt tegen te westerse kapsels en kleding van mannen. De hoofddoekjes (hijab) van de dames moeten hier nog wat meer het haar bedekken. Ons (moderne) vrouwelijke gids is zichtbaar nerveus als we de stad inlopen en had liever gezien dat we deze zeer conservatieve plaats hadden overgeslagen. Niet-moslims worden officieel niet toegelaten tot de shrine (zelfs niet de binnenplaats), maar na enige bemiddeling door onze gids mogen we verrassend genoeg toch naar binnen. Vrouwen moeten een chador aan (laken die het gehele lichaam behalve het gezicht bedekt en de vrouwelijke vormen onzichtbaar maakt). Hele speciale ervaring en atmosfeer. Onze gids is duidelijk opgelucht als we de stad weer verlaten.

Aan de rand van Teheran bezoeken we nog het graf van Ayatollah Khomeini. Groots opgezet, maar van binnen kil en sober. Je waant je eerder in een soort vliegtuighangar.

Slideshows van mijn foto’s van Iran: