Nicaragua: Managua, Granada & Leon
In de ochtendspits per taxi naar het vliegveld. Daar moest nog even 26 dollar departure tax worden neergelegd. Copa Airlines had blijkbaar haast, want 10 minuten voor de geplande vertrektijd zaten we al in de lucht. Naar Managua bleek het nog geen 40 minuten vliegen. Ter plekke bleek je ook nog even een toeristenvisum moeten aanschaffen voor 5 dollar. Binnen 15 minuten stond ik al weer buiten, ook al had de dame van de paspoortcontrole wel erg veel aandacht voor de vele stempeltjes in mijn paspoort en moest een drugshond nog even aan mijn bagage snuffelen. Met een shuttlebusje gelijk doorgereisd naar Granada, wat een uurtje rijden was. Wat gelijk opvalt is dat de levensstandaard een stuk lager is dan in Costa Rica. Het is dan ook het een na armste land van de Americas.
Granada is een monumentale koloniale handelsstadje en gelijk ook de populairste toeristenbestemming in Nicaragua. Erg gezellig en levendig, maar ook temperaturen van boven de 30 graden. Het is erg leuk dwalen door de fotogenieke straatjes. Ik bleek via internet wel een erg luxe hotel aan het centrale plein te hebben geboekt, maar de hotelkamer ter grote van mijn appartement maakte veel goed. In de omgeving een bezoek gebracht aan de actieve Masaya vulkaan. Je kunt parkeren aan de rand van de krater, maar op de waarschuwingsborden stond wel dat je je auto met de achterkant naar de krater moet parkeren. Zo kun je in noodgevallen (!) in ieder geval sneller wegrijden. Was niet helemaal te rijmen met het verhaal van onze gids dat in 2001 wat auto’s waren verpletterd door rotsblokken uit de krater onder ons. Als je naar en in de krater kijkt zie je alleen een flinke rookpluim, maar op 1km diepte schijnt lava te borrelen. In de omgeving kun je wandelen op de randen van andere (groene – niet meer actieve) kraters van dezelfde vulkaan en heb je een fantastisch uitzicht op de wijde omgeving.
Ook nog in het plaatje Masaya geweest, waar we een uurtje werden losgelaten voor de lunch. Heel toevallig was de lunchplaats van touroperator midden op de lokale (dure) toeristenmarkt gevestigd. Maar wat rondgeslenterd in het centrum van het stadje. Je hoeft – net als in andere plaatsen in Nicaragua – niet bang te zijn dat je een taxi over het hoofd ziet. Er zijn er erg veel en ze toeteren bij het passeren van iedereen die een potentiële klant kan zijn (en dat zijn er nogal wat). In het straatbeeld trouwens ook nog veel paard-en-wagens. In het meer waar Granada in ligt heb je veelheel veel kleine eilandjes, de Isletas, gecreëerd door een vulkaanuitbarsting. Met een boottochtje kun je er tussendoor varen en een paar van de eilandjes bezoeken. Sommige zijn zo klein dat er maar een huis op past. Voor de prijs van een mooie eengezinswoning in de Randstad, kun je hier je eigen eilandje met villa kopen. Een van de eilandjes wordt bewoond door een groep whited faced en spider monkeys. Je kunt je afvragen wat ze daar te zoeken hebben, aangezien ze volledig afhankelijk zijn van de buitenwereld (lees: bootjes van toeristen).
Per express bus naar Managua gereisd. Express moet je hier letterlijk nemen: op de weg scheurt het minibusje iedereen voorbij en wie niet vanzelf uitwijk (men rijdt hier bij voorkeur op de linker weghelft), kan een hoop getoeter en na het passeren nog een hoop geschreeuw en handgebaren van de bijrijder verwachten. Onderweg was in- en uitstappen beperkt mogelijk en kwam neer op het in en uit de nog net rijdende busje springen. Lukte dat niet binnen 2 seconden, dan krijg je ongevraagd hulp van de bijrijder die vervolgens ongeduldig op zijn horloge tikt. Daardoor wel snel in Managua. Op het chaotische busstation op zoek gegaan naar een busje naar Leon. Wel makkelijk, aangezien je maar je bestemming heeft te roepen en je wordt door een of ander scout naar een leeg minibusje gedirigeerd waarvan je hoopt dat het de juiste is. Aangezien het op het busje stond, gaf dat wel vertrouwen. Als na 20 minuten het busje zo goed als vol is, vertrekken we en wordt onderweg nog af en toe nog wat naar buiten geschreeuwd in de hoop nog wat extra passagiers op te pikken. Voor de 2 dollar voor 1,5 uur reiden hoef je het niet te laten.
In Leon was het even zoeken naar het hotel, aangezien – net als in de rest van Nicaragua – alleen de hoofdstraten en belangrijkste pleinen straatnamen hebben. Voor een locatie worden die dan ook als oriëntatiepunt gebruikt (dus 2 blokken zuiden en 1 blok west van….). Leon is een oude koloniale stad, net als Granada. Wel wat minder mooi en beduidend minder toeristen. Vanaf het dak van de kathedraal heb je een mooi uitzicht over het stadje en op de vulkanen die er omheen liggen. Op het dak vertelt mijn begeleider in zijn beste Engels dat er zojuist een flinke (6.1) aardbeving in Costa Rica heeft plaatsgevonden in het gebied waar ik nog geen week geleden was. Ik wilde graag een van de vulkanen beklimmen, maar het bleek nogal moeilijk om een tour te vinden op de dag dat ik wilde. Bij de 7de touroperator lukte het wel, aangezien de medewerker en de eigenaar ook wel zin hadden om mee te gaan. Het werd de st. Telica vulkaan. Wel vroeg op pad, aangezien de beklimming de hele dag in beslag zou nemen. Flink water ingeslagen, aangezien het vrijwel onbewolkt was en temperatuur opliep tot 35 graden. Het bleek een leuke, maar wel erg zware hike te zijn (mede door de hitte). Op het eerste stukje kwam je nog af een toe een lokale boer tegen, maar vanaf het moment dat we gingen klimmen waren we de enigen (wij drieën en de gids) in het gebied. Het was flink afzien, maar eenmaal op het hoogste punt wordt je beloond met een werkelijk fantastisch uitzicht op de (actieve) vulkaan en de wijde omgeving. Als je verder loopt naar de rand van de krater, kun je er – ondanks de rook – vrij diep inkijken en hoor je een sissend/ ploffend geluid (van de lava). Weer terug bij het startpunt was iedereen behoorlijk brak en heel erg vies van het erg droge zandstof onderweg. Zelf onderweg maar liefst 5 liter drinken naar binnen gewerkt.
Flinke spierpijn de volgende dag. Met eens soort airport shuttlebusje naar de luchthaven van Managua gegaan. Tenminste, dat was de bedoeling. Na 1,5 uur rijden bleek dat we niet op weg waren naar de luchthaven, maar naar het verderop gelegen Granada. Daarbij kom je wel langs Managua, maar niet langs de luchthaven. De chauffeur gelukkig wel zo vriendelijk om alsnog 20 minuten terug te rijden om mij af te zetten, waarschijnlijk in de veronderstelling dat ik mijn vlucht moest halen. Hem maar in die waan gelaten en mijn op de luchthaven laten afgezet. Daarna zelf gelopen naar mijn hotel dat recht tegenover de hoofdingang van de luchthaven lag. Bagage gedropt en daarna de stad nog even verkent. Taxi´s vanaf de luchthaven bleken nogal prijzig, maar als je 50 meter verder loopt naar de doorgaande weg en daar een taxi neemt, liggen de startprijzen ineens 50% lager. Blijkbaar nog te weinig naar beneden onderhandeld, want de chauffeur wilde wel drie kwartier minuten op mij wachten om mij naar de volgende bestemming te brengen. Gelijk maar een hele route uitgestippeld waar ik allemaal naar toe wilden en daarvoor een totaalprijs afgesproken, waarmee de taxichauffeur erg blij bleek te zijn. In tegenstelling tot de rest van Nicaragua, kent Managua wat wijken waar je als toerist maar beter niet kunt komen en kun je dus maar beter een taxi nemen om je te verplaatsen. De stad zelf bestaat vrijwel alleen uit gebouwen van maximaal 2 verdiepingen en is beslaat een groot gebied. Bezienswaardigheden zijn er nauwelijks.
Het oude centrum is tijdens een aardbeving in 1972 verwoest en sindsdien grotendeels gelaten zoals het was. Op de plek staat de ruine van de oude kathedraal nog en heeft men het Palacio Nacional herbouwd. In een of andere achterbuurt van de stad ligt het Museo Sitio Huellas de Acahualinca. In het museum zijn 10.000 jaar oude voetsporen van mensen te zien die bewaard zijn gebleven in de lava. Na een bezoekje aan de kathedraal en de Metrocentro shopping mall, wel weer uitgekeken op de stad. Voor 4 dollar nog even bij de kapper langs geweest en daarna maar weer snel terug naar het hotel gegaan. Volgende ochtend vroeg zonder problemen terug naar huis gevlogen. Wederom via Atlanta, waar de grensformaliteiten binnen een half uur afgehandeld waren (duurde 2 uur op de heenweg).